vrijdag 15 november 2013

Worden we creatiever of volgzamer?


Ik heb natuurlijk, net als u waarschijnlijk, een warm hart voor kunst en cultuur. Toch heb ik een moeizame relatie met het begrip creativiteit, dat momenteel meer dan ooit opgang lijkt te doen. Blijkbaar toon je door het veelvuldig gebruiken van deze term dat je van deze tijd bent.

De oorsprong van mijn ongemak ligt bij leraren en opvoeders die het begrip 'crea' gebruikten om mij de maat te nemen. Zo van: 'Ocker, dit kan veel creatiever!' Kortom: er 'moest' altijd iets, of het had te maken met tekortschieten van mijn kant.

Creativiteit was tot voor kort ook iets van een hogere orde. Het had een mythische status. Een soort godsgeschenk. Ongrijpbaar, en voor gewone stervelingen vrijwel onbereikbaar. Je had het, of je had het niet, en als je niet 'crea' was kon je het ook niet worden. Je keek ook erg op tegen creatieve mensen. Hoewel die vaak best problematisch waren. Onaangepast, eenzelvig, recalcitrant. Onvoorspelbaar, en altijd bereid om heilige huisjes om te gooien. Creatieve artistiekelingen waren bij uitstek figuren die zich buiten de samenleving plaatsten, voortdurend onrust stookten.

Inmiddels heeft het begrip creativiteit een hele evolutie doorgemaakt. Wat is er gebeurd? Creativiteit is hanteerbaar geworden. Je kunt er onderzoek naar doen, je kunt het vastpakken en wegen, en je kunt het zélfs leren. Je doet het niet in afzondering, je doet het samen. We zijn in crea-teams tegenwoordig samen lekker probleemoplossend bezig. Zoals zoveel aspecten van onze cultuur is creativiteit van iets verhevens, iets plats geworden, voor iedereen bereikbaar. We hebben creativiteit ontmythologiseerd.

Creativiteit is niet alleen toegankelijk geworden, het is ook verplicht! Talentontwikkeling is centraal komen te staan in ons denken over de mens van de 21e eeuw. Die moet zichzelf steeds opnieuw uitvinden. Die moet aanpassingsvermogen hebben, ondernemend zijn, probleemoplossend en sociaal vaardig. Die 21e eeuwse competenties worden verbonden met creativiteit. Onze hele economie draait op creatief vermogen. En dus is creativiteitsontwikkeling de centrale doelstelling in het onderwijs. En daar wil de culturele sector wat graag bij helpen.

Bij mij begint inmiddels een nieuw ongemak te groeien, noem het nostalgie naar de oude mythe, toen je creativiteit nog niet kon vastpakken, laat staan managen. Want wat is er gebeurd met de bevlogen creatieve kunstenaar? Die is getransformeerd tot procesmanager, die niet door grenzen heengaat, maar zich voegt naar het ritme van de nieuwe flow. De creatieven van vandaag zijn adaptieve ondernemers, die soepel meebewegen in een omgeving die steeds verandert, en die problemen oplossen in plaats van problemen op te werpen. Creativiteit is markconform geworden. Het is als het ware de ideale aanpassingsstrategie van deze tijd.

Kortom, ik vraag mij wel eens af: worden we creatiever of juist volgzamer? Uw antwoord zie ik met plezier tegemoet in het netwerk Cultuureducatie op LinkedIn.
---

Deze blogpost is een bewerking van mijn openingsspeech op de Dag van de Cultuureducatie met als thema creativiteitsontwikkeling (5 november 2013 in de Meervaart, Amsterdam).

4 opmerkingen:

  1. Tip: lees Andreas Reckwitz, Die Erfindung der Kreativität (2012). Hij geeft de cultuursociologische onderbouwing aan je gevoel, laat zien hoe creativiteit van een marginale positie naar een centrale positie is doorgegroeid in de moderne westerse samenleving, en beschrijft ook de negatieve kanten van deze tijd waarin iedereen creatief wíl zijn en creatief móet zijn.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. De bevlogen creatieve kunstenaar is volgens mij nog steeds dezelfde onmogelijke creatieve half-autistische en soms manische bevlogen kunstenaar. Die soms prachtige dingen maakt. Soms één gedicht dat echt de eeuwigheid haalt. De 'creative industry' omarmt hem als icoon, maar maakt hem/haar zeker niet tot manager van de toko, ben je gek. De creative industry doet het lekker zelf, schrijft zelf teksten, die een enkel keertje ook redelijk lang meegaan, zoals 'heerlijk helder heineken'. Die werelden van kunstenaar en creatief bedrijf zijn nog lang niet in elkaar overgelopen, ook al zijn beide creatief te noemen. Ik denk zelf dat ze nog redelijk veel aan elkaar zouden kunnen hebben. Neem mijn vakgebied, ik ben verhalenverteller. Storytelling is helemaal in, maar die stories worden geschreven door communicatiedeskundigen, zelden door verhalenvertellers, schrijvers of dichters. Die grens, daar gebeurt het - dat vind ik pas spannend, als het zou lukken om over de grens elkaar te vinden en er samen iets nog mooiers van te maken. Waarbij ik wel kritisch blijf, want verhalen zijn veel te gevaarlijk om ze zomaar voor elk doel in te zetten. Het kan mensen in beweging krijgen, dus daar moet ik wel achter kunnen staan.
    Ik zou zeggen: leer kinderen verbeelden zonder handrem, hoe meer hoe beter, leer ze daarnaast ook te beoordelen wat ze 'goed' en 'fout' vinden, waar ze hun energie en creativiteit voor willen inzetten. Soms door schade en schande, want dat is nou eenmaal de weg die vaak het beste werkt

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Een collega stuurde me jou blog door. En ik dacht, ik wijs je graag even op de bijeenkomst 'Kunstenaars en de wereld,' volgende week bij bkkc (brabants kenniscentrum kunst en cultuur). Daarin gaan we met een paar leuke sprekers (o.a. Hester Alberdingk Thijm en Hanne Hagenaars) dieper in op het onderwerp waar jij het vooral in jouw laatste alinea over hebt. Op http://www.bkkc.nl/kunstenaarswereld vind je meer informatie.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dank voor het delen van de bijeenkomst Daniëlle. Ik zal 'm doorsturen naar de webredactie van het LKCA zodat ook een aankondiging op http://www.lkca.nl/actueel/agenda.asp? verschijnt.

    BeantwoordenVerwijderen